Wat is mijn rol als ouder in het studiekeuze proces?
Tips om als ouders je kind verder te helpen bij het maken van een studiekeuze!
Heeft jouw kind de neiging om elke goed bedoelde poging om te helpen bij het maken van een studiekeuze volledig af te branden? Zo ja, dan heb je wellicht wat aan deze blog speciaal voor ouders!
Het kan enorm verschillen tussen studiekiezers of ze de hulp van hun ouders waarderen of juist vervelend vinden. Vaak zie je dat hoe gefrustreerder de studiekiezer is hoe meer ze hulp van buitenaf wegduwen. Het is te veel, te overweldigend. Het kan echter ook zo zijn dat een studiekiezer het proces wel prima vindt, geen frustratie ervaart, maar het wel heel lastig vindt om erachter te komen wat hij of zij leuk vindt. Kortom, verschillende situaties/kinderen vragen om verschillende rollen.
Hoe kan ik als ouder mijn kind het beste helpen bij de studiekeuze?
Eerst een belangrijke tip, laat OMA thuis! Misschien denk je: die meid heeft gedronken! Gelukkig beperkt zich dat alleen tot koffie en thee. OMA staat voor Oordelen, Meningen, en Adviezen en de zin 'Laat OMA thuis' is iedere coach als het goed is wel bekend. Als coach heb je geen mening, je bent nieuwsgierig en gaat op basis van die nieuwsgierigheid de coachee vragen stellen om zo gezamenlijk tot antwoorden te komen. Dit is als ouder extra lastig. Vaak willen je als ouder je kind behoeden van fouten of verder helpen door advies te geven, maar het kind moet dit zelf gaan ontdekken. Hoe lastig het ook is, probeer OMA thuis te laten!
1. De project manager
De rol van project manager richt zich puur op het proces. Deze rol is vooral geschikt wanneer jouw kind volledig gefrustreerd raakt en niet weet hoe hij of zij het proces moet aanpakken. Vaak zie ik dat de studiekiezers die het proces erg frustrerend vinden al erg geholpen zijn bij het gezamenlijk maken van een plan. We laten OMA thuis dus je gaat niet vertellen hoe het plan eruit moet komen te zien maar door vragen te stellen ga je jouw kind helpen dit plan op te stellen. Vragen die je kunt stellen:
- Wanneer wil je uiterlijk de studiekeuze gemaakt hebben?
- Hoeveel weken/maanden heb je dan nog de tijd?
- Welke opties staan er nu op je lijstje?
- Welke stappen (acties) zou je kunnen nemen die gaan helpen bij het maken van een keuze?
- Wanneer ga je welke actie doen?
- Heb je vertrouwen in dit plan? Zo niet, wat geeft je stress? Wat zou helpen die weg te nemen?
2. De vragenvuurder
De rol van spiegelaar is gericht op het ontwikkelen van zelfkennis. Deze rol is vooral geschikt wanneer jouw kind het lastig vindt om vragen te beantwoorden als: 'Wat vind ik leuk?', ' Waar ben ik goed in?'. Ook hier is het echt een uitdaging om dit niet voor je kind in te vullen en ervoor te zorgen dat je kind hier zelf over na gaat denken. De vraag 'wat vind ik leuk' is heel lastig. Ik schreef de blog: Hoe kom ik erachter wat ik leuk vind, om met voorbeelden aan te geven hoe je deze vraag makkelijker kunt beantwoorden. Vragen die je als ouder kunt stellen om je kind hierover na te laten denken:
- Wat vind je je leukste bijbaan tot nu toe? Wat maakt dat je deze bijbaan het leukst vindt? Als er meerdere zijn, wat is dan de terugkerende factor? Klantcontact? Praktisch bezig zijn? Voor mensen of kinderen zorgen? Deze laatste drie voorbeelden zijn eigenlijk al te sturend en zou ik alleen gebruiken als je kind er echt niet uitkomt.
- Waar kijk je het liefst naar op TV?
- Naar wie kijk je op Youtube? Wat vind je leuk aan deze persoon?
- Wat voor type boeken lees je het liefst?
- Wat lijkt je leuk aan mama's of papa's baan?
- Ken je iemand met een gave baan? Wat maakt dat die baan je gaaf lijkt?
- Als je zonder studeren alles zou kunnen worden en het is gegarandeerd een succes, wat zou je dan gaan doen?
3. De spiegelaar
De rol van spiegelaar gaat eigenlijk nog een stap verder dan de rol van vragenvuurder en is ook de meest lastige. Zoals gezegd, we laten OMA thuis! Echter, je gaat in deze rol wel je eigen observaties delen. Wellicht heb jij zelf op werk wel eens training gekregen in feedback geven. Een belangrijke les die ik daarin heb meegenomen is dat je het gedrag van de ander op een feitelijke/objectieve manier benoemt. Je doet dit door te beschrijven wat jouw zintuigen waarnemen, dus:
- Ik zie jou te laat komen, dit geeft mij het gevoel...
- Ik hoor jou zuchten, dat geeft mij het idee..
Bij feedback geef je vervolgens aan wat dit met jou doet (gevolg) en wat jou in de toekomst zou helpen (gewenst gedrag). Deze laatste stap laten we nu achterwegen maar de eerste 2 kun je ook inzetten wanneer je de rol als spiegelaar op je neemt en dit helpt om OMA buiten de deur te houden :)
Voorbeeld 1: Vroeger zag ik je doktertje spelen met poppen (feit), dat geeft mij het idee dat je het leuk vond om voor mensen te zorgen (gevolg), hoe is dat nu? Is dat nog steeds zo?
Voorbeeld 2: Ik hoor vrienden aan jou advies vragen (zintuigelijk feit), dat geeft mij het idee dat je daar goed in bent (gevolg). Vind je het leuk om advies te geven? Zie je jezelf werken in een adviesgerelateerd beroep? (consultant, diëtiek, coach)
Voorbeeld 3: Ik zie je vaak buiten in de weer (feit), dat geeft mij het idee dat je het leuk vind om praktisch bezig te zijn/buiten bezig te zijn (gevolg). Vind je het belangrijk om later in de buitenlucht te werken?
Vaak zoeken we naar de 'JA'. maar soms geeft een 'NEE' ook veel inzicht. In het laatste voorbeeld zou de vraag: 'zie je jezelf werken op een kantoor?' ook verhelderend kunnen zijn.
Bedankt voor de tips maar mijn kind wil mijn hulp alsnog niet!
Dat is jammer! Helaas is het nou eenmaal zo dat studiekiezers soms nog in een fase zitten dat ze van iedereen, behalve hun ouders, hulp aannemen. Dan kan de online studiekeuze coaching van De keuzeadviseuse uitkomst bieden. Uit ervaring blijkt dat in ongeveer 5-6 gesprekken de meeste coachees zich in staat voelen om een studiekeuze te maken. Geïnteresseerd? Kijk dan eens bij Studiekeuze Coaching!